Blog

20
mei

Spelen met metaforen (2) Mijn medaille heeft twee zijden

(rede uitgesproken bij de uitreiking van het jubileumboekje Mijn medaille heeft twee zijden)

Feest

Eén van mijn lievelingsfilosofen – naast Paul Ricoeur natuurlijk – is de Joodse denker Emmanuel Lévinas. Mooie essays schreef hij in het boekje Moeilijke vrijheid. Vooral in de stukken over het Messianisme stelt hij zich op als een echte Talmoedist, hoewel hij zich niet in het hoofd zal halen om zich zelf zo te noemen. Wie ben ik als simpele filosoof om mij te meten met de illustere voorvaderen, de grote rabbi’s die de echte Talmoed hebben gecomponeerd. Maar toch voelt hij zich wel verplicht om in hun spoor te treden en op hun manier te denken, te redeneren en te argumenteren, hun denken verder te brengen, zoals zij meer dan 20 eeuwen hebben gedaan. Prachtig om te lezen, heerlijk om te ervaren hoe tijd en ruimte in het bewustzijn met elkaar vervloeien tot een voortgaande stroom van prachtige toekomstvisioenen.

Als filosoof is Lévinas zelf aan het woord, maar je voelt het Hebreeuwse bewustzijn in elke zin die hij opschrijft. In Totaliteit en oneindigheid gaat hij de strijd aan met de ontologie van Heidegger en noemt elk denken dat geen rekening houdt met de exterioriteit – het van buiten komende oneindige mysterie waar je geen rationele controle over hebt – totalitair denken. Heideggers ontologie en eigenlijk het hele Westerse denken valt in die categorie. En dan komt het volgende filosofische hoofdwerk van Lévinas, met een titel die te mooi is om niet in het Frans te noemen: Autrement qu’être, ou au-delà de l’essence. Een hele mond vol en een volkomen logisch vervolg op Totalité et infini, want het betekent ‘Anders dan zijn, ofwel voorbij de essentie, het wezen’. Wezensvragen hebben met zijn en essentie te maken (het Latijnse esse betekent immers zijn) en zegt Lévinas dan: als het oneindige, het mysterie voorbij het zijn daar geen rol in mag of kan spelen dan zijn we op een totalitaire manier bezig, de manier die de geest, de liefde, de verbinding uit haar poorten verjaagt en fundamentalisme of fascisme in de hand werkt. Bewust maar meestal onbewust zijn we alleen maar met onszelf bezig en niet met de onschuldige slachtoffers wier blik ons even voor zij de gaskamer in stappen beschuldigend kruist. De outsiders, de outcasts die wij in ons gesloten systeem niet willen ontvangen of tolereren en dus moeten verdwijnen. De buitenstaanders, weduwe, wees en vreemdeling die wij volgens de Torah – de Joodse Wet – juist moeten koesteren, opvangen, verzorgen. Als de buitenkant er mag zijn dan komt het mysterie van de liefde en de compassie van daaruit naar binnen en gaan we een stuk liefdevoller met elkaar om.

Als ik over wezensvragen nadenk dan gaat het over binnen- en buitenkant. De medaille is dan ook prachtige metafoor voor wezensvragen. Er zijn twee kanten die je wel van elkaar kunt onderscheiden, maar nooit echt kunt scheiden. De buitenkant – de aanwezigheid van het mysterie van de liefde van de A/ander – wordt dan niet alleen getolereerd, maar ook geaccepteerd ja met open armen ontvangen in de gesloten systemen, waardoor die systemen zich steeds meer gaan openen. Dat zie ik steeds meer om mij heen gebeuren en het maakt me dankbaar en hoopvol. In de maatschappij, in de verhoudingen van de verschillende religies, maar ook de quantum wereld geeft nieuwe inzichten op de verhouding van binnen en buiten. Naast de electro magnetische krachten blijkt ook de veel zachtere kracht van de resonantie atomen van buiten aan te trekken en met elkaar te verbinden. Zo vallen voor mij de scherpe scheidingen en grenzen tussen binnen en buiten steeds meer weg en wordt liefdevolle verbinding en compassie met de ander mogelijk. Zo komen vragen op als hoe kunnen we elkaar steunen en aanvullen, als mens, als gemeenschap, als organisatie, als mondiaal ecosysteem. En dan wordt het echt spannend. Ik verwacht daar heel veel van de komende tijd en wil daar ook echt mee aan de slag.

De persoonlijke opdracht die ik van Paul Ricoeur heb gekregen ging in de richting van deze bewustwording. Wat ga jij met mijn werk doen? Ik zal je kritisch volgen. Maar ook al moet ik niets van het postmoderne denken hebben en weet ik weinig van de quantumwereld, daar heen leidt wel jouw weg, jouw zoektocht. En hij gaf me vertrouwen: ga die weg, want daar liggen de perspectieven die voorbij mijn eigen beperkte denken gaan. Dank je wel Gijs, dat jij als mijn promotor dit voor mij hebt mogelijk gemaakt. Dank jullie allemaal, dat jullie met me meedenken, meezoeken. Dank voor die medaille met z’n twee onlosmakelijk met elkaar verbonden zijden en voor het adembenemend mooie jubileumboekje. Ooit schreef ik in een in memoriam voor Paul Ricoeur: ik vervolg mijn zoektocht die naar ik hoop de meester waardig zal zijn. Daar hebben jullie allemaal aan mee gewerkt. En in gedachten zie ik de meester kritisch glimlachen. Merci pour être ici, dank je wel dat jullie allemaal vandaag hier zijn.

Ik zou het leuk vinden als je op de gedachten in deze preek of in andere preken wilt reageren.

Leave a Reply

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.